afb. A.F.A.M. Wetzer, 3 februari 2008
InleidingGrafmonument voor de zanger Willem Deckers (1826-1899), in 1899 opgericht in Eclectische vormen door de Bossche architect/beeldhouwers H.C. Dobbe en Van Pelt. Het grafmonument bevindt zich aan de oostelijke zijde van de bisschopskapel, sectie 24-14-01-06.OmschrijvingHet graf bestaat uit een rechthoekige grafplaat, omgeven door lage, gecanneleerde hoekpijlers die onderling met kettingen verbonden zijn. De grafplaat heeft als enige inscriptie de naam van de begravene. Aan de achterzijde hiervan bevindt zich de hoog opgaande hardstenen stèle die door een kruis bekroond wordt. Boven het basement bevindt zich een fronton met epitaaf en met gestileerde florale ornamentiek. In het met een rondboog getoogde gedeelte daarboven is een engel met bazuin en palmtak gegroefd. Bovenin staat: Willem Deckers. Verder is deels over de engel aangebracht de inscriptie: in memoriam Ridder van Oranje Nassau, lid der St. Vincentiusvereniging. De epitaaf in het fronton luidt: "Hij rust en zwijgt in 't stille graf die zong in blijde en droeve dagen, bij feestgedruisch, bij 't rouwedragen en die aan god steeds eere gaf. Al boeit de dood zijn machtige stem, ten jongsten dag zal hij verrijzen en god in eeuwige liedren prijzen in 't hemelsche jerusalem".Het graf is rechtsonder op de stèle gesigneerd. WaarderingHet grafmonument is van algemeen belang. Het heeft cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van een sociale en geestelijke ontwikkeling, in het bijzonder de ontwikkeling van de katholieke grafcultuur, het is tevens van belang als illustratie van de typologische ontwikkeling van het grafmonument. Het graf is van belang vanwege de plaats die de sculptuur inneemt binnen het oeuvre van de Bossche architect/beeldhouwers H.C. Dobbe en Van Pelt. Het graf heeft kunsthistorisch belang vanwege de toegepaste eclectische vormgeving. Het graf heeft ensemblewaarden als onderdeel van een groter geheel met cultuurhistorische, architectuurhistorische en typologische samenhang. Het is gaaf bewaard gebleven en typologisch zeldzaam. |